Dit is inderdaad een belangrijk verschil, maar niet het belangrijkste.
Een raadslid vroeg me of nu niet het beste was om alle buitenplanse afwijkingen op de lijst te plaatsen. Een ambtenaar vroeg of ‘politiek gevoelige ontwikkeling’ kon. Diplomatiek heb ik het raadslid geantwoord dat alles erop zetten niet hetzelfde is als ‘gevallen aanwijzen’. Dat heeft de bestuursrechter al eens uitgesproken over de verklaring van geen bedenkingen bij de huidige buitenplanse omgevingsvergunningen.
Toch kun je dat niet helemaal doortrekken naar de Omgevingswet.
Op 25 april ging de TV documentaire Zembla over de gezondheidsrisico’s van de bloembollenteelt. Omwonenden van een veld lelies waren bezorgd. Uit onderzoek blijkt namelijk dat de Nederlandse bestrijdingsmiddelen veilig zijn, maar ook dat veel informatie ontbreekt. Het is dus niet duidelijk wat de daadwerkelijke gezondheidsrisico’s zijn. Intussen is er wel gif in hun huisstof aangetroffen. Hun kruipende kinderen komen daarmee in aanraking.Ongeboren en jonge kinderen zijn extra gevoelig voor bestrijdingsmiddelen omdat hun hersenen nog in ontwikkeling zijn. Amerikaans onderzoek, zo vertelde een kinderarts, wijst op een verband tussen pesticiden en een verhoogd risico op (het bijdragen aan) autisme, IQ-verlies en ADHD. Van elk bestrijdingsmiddel worden de gezondheidsrisico’s afzonderlijk beoordeeld. Onbekend is wat de stapeling van stoffen voor gevolgen heeft. Soms wordt er wel met 46 verschillende stoffen gespoten.
‘In het geweld van de regelgeving en van de papieren plannenmakerij, van het afvinken van consultaties en het stapelen van externe rapportages op een veelheid aan deelgebieden wordt misschien nog wel eens over het hoofd gezien dat ergens in het recht ook mensen wonen en dat omgevingsrecht bij uitstek een grote invloed kan hebben op de levens van individuele personen. Voor wie niet - zoals ongetwijfeld sommigen onder u - van tijd tot tijd met die échte mensen in hun eigen omgeving te maken heeft, kan literatuur en kunnen culturele uitingen een nuttig medium zijn om gevoel, om empathie te ontwikkelen ten opzichte van die subjecten van het recht.'
Sinds de uitspraak van de rechters over het PAS en het gedoe over de PFAS-norm moeten regels het ontgelden. ‘We hebben veel te veel regels in ‘dit land’! ‘Dit land’ wordt daarbij misprijzend uitgesproken. Politici hebben de regels ingevoerd: dus die krijgen de schuld. Alsof zij dat zelf en in hun eentje bedacht en besloten hebben.Absurd wordt de agressie als deze zich richt op de boodschappers en voorspellers van de crisis: de onderzoekers of de politici die het PAS nooit zagen zitten. Met als toppunt de oproep: wilt u meer of minder stikstofregels? En dat dan afsluiten met: dan gaan we dat regelen!
Het heeft iets gemakkelijks om de regels als boosdoener te zien. Regels zijn er niet, omdat iemand bij de overheid dacht: wat zal ik vandaag eens verzinnen?
Daarmee wordt een praktijk die al sinds jaar en dag bestaat, openlijk erkend. Eerst hadden we de anticipatieprocedure. Daarna kwamen de vrijstellingen waaronder de zelfstandige projectprocedure (art. 19 WRO). Dat werd het projectbesluit Wro en daarna de huidige omgevingsvergunning met ruimtelijke onderbouwing. Tegenwoordig wordt ook nog gewerkt met postzegelbestemmingsplannen en een verruimde kruimelgevallenregeling. Flexibiliteit is dus niet nieuw. Integendeel, met de Omgevingswet is de wedergeboorte van artikel 19 WRO nu officieel een feit.